Archivering » Ach Lieve Tijd - West-Friesland » Deel 9: Westfriezen en hun boeren » pagina 219
Dat was de aanleiding tot het oprichten van de eerste groentenveiling van West-Friesland, zelfs van de wereld. In later jaren kwamen er ook veilingen in Hoogkarspel, Bobeldijk, Winkel en Broekerhaven.
Rond 1900 kwamen in de landbouw grote technische verbeteringen tot stand. Belangrijk was de zelfbinder,
die het graan niet alleen maaide, maar ook de schoven bond. Een ander wonder van techniek was de dorskast.
Aanvankelijk door een stoomlocomobiel aangedreven, verloste deze machine de boeren van het tijdrovende
dorsen. Je kon de schoven er zo ingooien en het koren kwam van het kaf gescheiden schoon in mudzakken
terecht. Het stro werd met drie touwtjes erom tot pakken geperst.
Uienbouwers in 1915 aan het werk op een veldje in Grootebroek. Achter hen
de Grootebroeker tramremise. (P.M. Rooker, Enkhuizen)
Deze kostbare machines werden vaak
gezamenlijk door een aantal landbouwers aangeschaft. Piet Schaap en Reier Kuiper, twee akkerbouwers
uit de Groetpolder bij Winkel, kochten zo'n dorskast en zij gebruikten de machine eerst voor hun eigen
oogst. Daarna trokken zij er mee langs de boeren om met loondorsen de kosten te drukken. Zij bestreken
een vrij groot gebied dat was gelegen tussen Kolhorn, Winkel en Haringhuizen.
Boeren met kleine hoeveelheden graan verzamelden het zaad op een centraal gelegen erf, om het moeizame
transport met paarden van de zware dorskast zoveel mogelijk te beperken. Ondanks deze technische
vooruitgang moest de dorskast door vier extra mensen worden bediend, buiten het vaste personeel van
de boer. Een ingrijpende verbetering kwam pas na de Tweede Wereldoorlog met het in gebruik nemen van
de maaidorsers of combines, die bediend werden door slechts één man.
Omstreeks 1900 ontwikkelde zich schoorvoetend de bloembollenteelt in West-Friesland.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.