Bibliotheek » Boeken » Hé, is dat Westfries? » Pagina 72-73
466. Wat schreeuw je toch, ik verskiet ervan (schrik).
Opm.: 'Verschieten' is Ned., maar betekent dan onder meer: 'van kleur veranderen'. Bv. Hij schrok
zó hevig, dat ie van kleur verschoot. Etalage-stoffen verschieten door de zon.
467. Ik ben er nuwskierig (benieuwd) naar of m'n vriend geslaagd is.
Opm.: 'Nieuwsgierig' is goed Ned., maar heeft 'n ongunstige betekenis. Daarom past 't niet in
bovenstaande zin. Maar wel in:
Nieuwsgierig Aagje. Meid, wees niet zo nieuwsgierig, ga niet achter de deur staan luisteren! Wat was
buurvrouw nieuwsgierig naar de prijs van m'n mantel!
468. Toen moeder in 't ziekenhuis lag, had ze zo'n verlangst naar kleine Pietje
(verlangen).
Opm.: Dit woord heeft uitsluitend betrekking op personen. Men zegt dus niet: Ik had toch zo'n
verlangst naar m'n nieuwe auto.
469. Als je 'n uur met die man praat, zegt ie wel honderd keer 'nie waar'. Dat is 'n lelijke
anwenst (aanwensel).
Tijdens z'n openingswoord zat de voorzitter voortdurend met z'n potlood te spelen. Wat 'n hinderlijke
anwenst!
470. Ton is nog maar zes jaar en toch al gortig (hij gelooft 't sinterklaasverhaal niet
meer).
Opm.: 'gortig' is wel Ned. maar in andere betekenissen, bv.: Dat varkensvlees is gortig (ranzig). Die
vent maakt 't ál te gortig (ál te bont, ál te grof).
471. Is Dorus thuis? Nee, die is 'n kwartier geleden an de loup gaan (uitgelopen, bv.
voor 't doen van boodschappen of om 'n burenbezoek af te leggen). Passies (zo juist,
zoëven, zo pas) zei ie, dat ie vanmiddag an de reed zal gaan (zal uitrijden, ergens
naar toe zal rijden). Hoe 't ook zij, hij is nou niet bai de werken (niet aanwezig, niet
thuis).
Wist je dat ie al twee maanden uit 'n werken is (niet werkende, bv. wegens ziekte)?
472. Als je 'n lange reis maakt, ga je onderweg wel 'ns opsteken ('n café aandoen, even
aanleggen).
Als je 'ns bij me langs komt, moet je 'ns even opsteken ('n kort bezoek brengen).
Ik kreeg 's avonds heel laat nog twee opstekers (klanten) in m'n café.
473. Ik ging naar tante Kneel op visite, maar ik maakte 'n dòt-rois (vergeefse
reis), want tante was niet thuis. Ik vond 't erg jammer, ik kon er wel van janken
(huilen).
474. Wil je die knoop even opzoeken (oprapen)?
Opm.: 'Opzoeken' is wel goed Ned. in bv. Ik ga vanavond m'n vriendin 'ns opzoeken. Hij heeft dat in
het woordenboek opgezocht.
475. Jan, voordat je weggaat, eerst je boeken oppakken (opbergen). Ik had die foto zo
goed oppakt (opgeborgen) dat ik 'm zelf niet meer vinden kon.
476. Zeg, nou moet je vortgaan (weggaan, vertrekken), want 't is meer dan tijd.
Vort (ga weg) jo, schiet op!
Hij ging vort (weg) en kwam efkesternéi (iets later)
veròm (terug).
477. Dit pak is zwaar, wil je even 'n endje nemen (helpen dragen)?
478. Ik vind 't bijzonder aardig dat je me opgezocht hebt en je verdoen 't maar weer 'ns
gauw (je moet gauw weer 'ns komen).
Hij is niet te beklagen, hij heeft genoeg geld en hij heeft 'n auto tot z'n verdoen (tot
z'n beschikking, tot z'n gerief).
Opm.: 'Verdoen' is wel Ned. in zinnen als: Hij verdoet (verbruikt nodeloos) veel geld,veel tijd, enz.
met …
Hij wou zich verdoen (van 't leven beroven).
479. Morgen ga ik uit en daarom zal ik vandaag maar wat op voor (vooruit) werken.
Ik ben met m'n werk liever op voor (vooruit) dan op achter (achter,
achterop).
De klok is op achter (loopt achter, is achter).
De kerkklok is op voor (loopt voor, is voor).
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.