Archivering » West-Friesland toen en nu » Deel 4. Onderweg » pagina 34-39
Langs de provinciale weg N242, bij Oude Niedorp, trekt een opmerkelijk huis in het gehucht Verlaat de aandacht. Het is een vierkant monumentaal pand dat bekend stond als de herberg 's Lands Welvaren in de tijd dat hier het Niedorper Verlaat was en er de trekschuit naar Alkmaar vertrok.
Het Niedorper Verlaat was ooit een knooppunt van weg- en
waterwegen. Om van de nog niet drooggemaakte
Heerhugowaard in de Niedorper Koggen te komen, maakte
men bij Zijdewind een overtoom zodat de scheepjes over de
dijk konden worden getrokken. Dat ging goed totdat
omstreeks 1532 een verlaat werd aangelegd: een doorbraak in
de dijk met een sluis zodat men kon spuien en schepen schutten.
Overigens bouwden de waarschappen (heemraden) van Oude- en Nieuwe Niedorp de sluis zonder de vereiste toestemming
van de landsheer, dat was in die tijd keizer Karel V.
De sluis was na de drooglegging van de Heerhugowaard een bron van geschillen. In uitzonderlijk droge zomers wilde men
nog wel eens de zeesluizen open zetten om water in te laten. De boeren in de Heerhugowaard eisten echter dat de sluis
hermetisch gesloten bleef zodat er geen zout water in de ringvaart en hun sloten zou stromen.
Ook het gemakshalve spuien van overtollig water onder normale omstandigheden werd niet op prijs gesteld. Een reeks
ruzies en processen was het gevolg. Ondertussen was het in die
tijd een drukte van belang bij het Niedorper Verlaat. Grote aantallen marktschuiten uit Winkel, Kolhorn en Barsingerhorn
passeerden er op weg naar de markten in Alkmaar, Hoorn, Haarlem en Amsterdam.
In 1692 werd besloten dat er vanaf het Verlaat een trekschuit
op Alkmaar zou gaan varen. Het luiden van een klokje, gegoten
in 1690 door de gebroeders Hemony, gaf de afvaarten aan.
Kwajongens zaaiden verwarring door ontijdig de bel te luiden.
Er werd een keur uitgevaardigd waarbij het verboden was de
bengel (luidklokje) te ‘reppen, goijen, smijten, nog met
haecken, stocken of anders’ te laten klinken. Er stond een
boete van drie pond op. Als het kinderen betrof, werden de
ouders aansprakelijk gesteld. Het klokje verhuisde later naar
de openbare lagere school van Nieuwe Niedorp.
Er werd gevaren met een snip, een platbodem met één mast die nog het meest lijkt op een
kleine tjalk. De eerste schuit vertrok om zes uur in de morgen, 's zomers om vijf uur en op
zaterdag al om vier uur, zodat de kooplui op tijd konden zijn voor de markt in Alkmaar.
Op 9 oktober 1799 was het anders zo kalme Niedorper Verlaat
het toneel van grote gevechten. Het was de tijd van de
Bataafsche Republiek. Nederland was in handen van de Fransen.
Nadat in Den Helder Engelse en Russische troepen waren
geland, werd een Engelse eenheid nabij het strategisch
gelegen Verlaat ondergebracht.
Het kwam daar tot heftige strijd met het Bataafse leger. Er
vielen enkele tientallen slachtoffers en de Bataafse troepen moesten zich terugtrekken. De bewoners werden schadeloos
gesteld voor de schade aan hun huizen, inboedel en vee. De
rust keerde terug. De toen weer idyllische plek is door de cipier-schrijver-schilder Cornelis Bok omstreeks 1820 diverse
malen geschilderd. Sindsdien is er veel veranderd. Het Verlaat
werd gedempt, het sluisje gesloopt in 1936. De herberg deed tussen 1919 en 1930 dienst als pakhuis voor de Land en
Tuinbouw Bond Kring Koolstreek. In 1960 werd het karakteristieke pand aangepast tot dubbel woonhuis.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.