Bibliotheek » West-Friesland toen en nu » Deel 6. Het zeegat uit » pagina 50-55
Bij Kolhorn is de Omringdijk het hoogst. Toch zien we niets anders dan land. Het oude havenplaatsje Kolhorn ligt door de inpoldering van de Wieringerwaard (1610), de Waard- en Groetpolder (1844) en de drooglegging van de Wieringermeer (1930) nu 22 kilometer van de kust.
Foto vermoedelijk van omstreeks 1930 van de Oude Streek te Kolhorn. (Pc)
Door de gunstige ligging aan de Westfriesedijk fungeerde
Kolhorn ooit als uitvoerhaven voor zowel Barsingerhorn,
Haringhuizen als Schagen. Zo bezat Schagen omstreeks 1480 twaalf Rijnschepen ‘die alle dagen van Colhorn, daer haer
haven es, te zeewaerts off ende toe [af en aan] voeren’.
De schepen gingen met boter en kaas naar Hanzesteden als
Deventer en Kampen waar zij hout, turf, rogge en zout
inlaadden voor de retourvaart. De schippers van Kolhorn
onderhielden de verbinding tussen West-Friesland en het
Europese handelsnet. Het dorpje groeide uit tot een
belangrijke overslaghaven.
Met het verval van de Hanzesteden omstreeks 1550 viel een
belangrijke afzetmarkt weg, maar Amsterdam was de stad in
opkomst. De Kolhorner schippers, die naam hadden gemaakt
als vrachtvaarders en beurtschippers, verlegden hun
activiteiten naar de doorvoerhandel.
De grote koopvaardij- en retourschepen van de VOC, die zich
vanwege de gevaarlijke ondiepten niet op de Zuiderzee
waagden, werden bij Texel door Kolhorner lichters en
wijdschepen van hun lading ontdaan, waarna de goederen verder werden vervoerd. Anders dan in havensteden als Hoorn,
Enkhuizen en Medemblik verschenen in Kolhorn geen grote
magazijnen voor de opslag.
Alleen de turfschuren vormen nu nog een stille getuige van
het belang dat Kolhorn als overslaghaven heeft gehad. De
turf, die in de Drents-Fries-Overijsselse grensstreek werd
gestoken, ging vanaf de 16de tot in de 19de eeuw West-Friesland in via Kolhorn.
Als de Friese tjalken met turf aan de dijk kwamen, werden ze
door een team vrouwen [turftonsters] gelost. De turfschuren
stonden boven op de dijk waardoor ze aan de ene zijde
konden worden gevuld en de andere zijde weer worden
leeggehaald. Een collecteur zag er scherp op toe dat de turf
van goede kwaliteit was en dat er geen pogingen werden
gedaan de impost [belasting] te ontduiken.
De turf was zowel bestemd voor huishoudelijk gebruik, als
voor pannenbakkerijen, bierbrouwerijen en zoutziederijen. In
West-Friesland alleen al waren bijna dertig zoutziederijen in
bedrijf, die elk op jaarbasis vijf scheepsladingen turf
verstookten.
Naast de turfhandel hielden de ingezetenen van Kolhorn zich
ook bezig met de schelpen- en wiervisserij. Het wier groeide
ten zuiden van Wieringen op slijkachtige ondiepe gronden en
werd onder andere voor de bouw en versterking van zeedijken
en als dakbedekking gebruikt. Het is vrijwel zeker dat de
turfschuren ook voor de opslag van wier hebben gediend.
Nog in 1791 rapporteerde men dat er 's winters meer dan
zeventig schepen voor de rede van Kolhorn lagen, waarmee de
haven ‘ééne der Scheepsrykste is, in 't geheel Noorder
Kwartier’. In de loop van de 19de eeuw verloor Kolhorn haar
betekenis als overslaghaven. Dit was een direct gevolg van de
opening van het Noordhollands Kanaal in 1824.
Alle schippers konden voortaan hun lading direct afleveren in
Alkmaar en Amsterdam. In de jaren tussen 1925 en 1930 werd
in Kolhorn nog enige tijd met succes gevist op ansjovis, die zich
voornamelijk ophield in de wateren tussen Medemblik,
Kolhorn en Wieringen.
Enkele Kolhorner vissers in een Staverse jol hebben hun netten
te drogen gehangen. (Pc)
Net als in Enkhuizen kwam met de inpoldering van de
Wieringermeer in 1930 en het dichten van de Afsluitdijk een
einde aan de zeevisserij. Door het verdwijnen van de
belangrijkste bronnen van bestaan is Kolhorn sindsdien niet
meer ingrijpend veranderd.
status. Toen in de jaren zestig
van de 20ste eeuw de ontwikkeling van het Enkhuizer
buitenmuseum begon, is een deel van het park aangelegd
volgens het stratenpatroon van Kolhorn. In 1988 kreeg het
dorp de status van Rijks Beschermd Dorpsgezicht.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.