Westfries Genootschap
Bibliotheek
Westfries Genootschap Bibliotheek Bouwhistorie Creatief Westfries Geschiedschrijving Kap en Dek Landelijk Schoon Monumentale Kerken

Projector Reiscommissie Textieloverleg Vrienden Westfries Museum Westfriese Families Westfriese Molens

Facebook

Westfriese boeken te koop

    Zoeken:

Bibliotheek » Westflinge » 2008 » 13 februari

De vele verdwenen winkeltjes van weduwen

Westflinge
De rubriek Westflinge richt de schijnwerper op het verleden van West-Friesland met een actuele aanleiding. Vandaag aandacht voor verdwenen middenstand in Obdam en Hensbroek.
(Eerder verschenen in het Noordhollands Dagblad, woensdag 13 februari 2008.)

Door Ed Dekker

OBDAM – ‘Weduwenwinkeltjes’, zo noemt Cees Olbers van Stichting Oud Obdam-Hensbroek ze. Kruidenierszaakjes, in de tijd zonder sociale voorzieningen gerund door vrouwen die er alleen voor staan. Oud Obdam-Hensbroek belicht op een expositie de ‘weduwenwinkeltjes’ en andere verdwenen middenstand.

De tentoonstelling geeft een indruk van de middenstand in Obdam en Hensbroek in de jaren 1925-1975. Stichting Oud Obdam-Hensbroek heeft over dit onderwerp ook al gepubliceerd in haar magazine, dat twee keer per jaar verschijnt.
Met 250 oude foto's, waarvan sommige op groot formaat, wordt een verbazingwekkend beeld geschetst van de kleine middenstand in de decennia voor en na de Tweede Wereldoorlog. De afbeeldingen zijn voorzien van tekst en uitleg. Olbers: „Je houdt het niet voor mogelijk hoeveel winkeltjes de beide dorpen vroeger telden. Kruideniers, bakkers, allerlei neringdoenden konden in een klein gebied bestaan.”
Penningmeester Cees Olbers en andere bestuursleden en vrijwilligers van Oud Obdam-Hensbroek hebben de tentoonstelling samengesteld. De presentatie is het tussentijdse resultaat van een omvangrijk regionaal project waaraan de stichting meewerkt. Op initiatief van de Commissie Geschiedschrijving van het Westfries Genootschap wordt onderzoek gedaan naar de verdwenen middenstand in West-Friesland.

Lenteweelde

Historische verenigingen richten zich op hun eigen dorp. Het onderzoek is van start gegaan onder leiding van historicus Thimo de Nijs van de Universiteit Leiden. Het zal in de komende jaren leiden tot een uitvoerige publicatie. „Wij vonden het een prachtig onderwerp voor onze jaarlijkse expositie rond Lenteweelde”, aldus Cees Olbers. De Obdammer bloemenshow is komend weekeinde.
Van de Hogebrug in het begin van Hensbroek tot De Kaag aan het einde van Obdam – vele verdwenen winkeltjes en vergeten neringdoenden komen aan bod. Met daarbij de Wogmeer. Ook caf&eaute; De Rietvogel in de Berkmeer wordt genoemd.
Twee oud-middenstanders hebben de expositie geopend: Arie Wester (voorheen melkboer in Obdam) en Trijntje Schenk-Koning. Zij en haar man Piet hadden jarenlang een bakkerij in Hensbroek. Dat was op Dorpsweg 98, van 1938 tot in 1965.

Acht bakkers

Hensbroek telde in 1938 liefst acht bakkers. Met het uitschakelen van de oven in 1965 verloor het dorp zijn laatste bakker. Het pand Dorpsweg 98 is jarenlang bakkerij geweest. De rij voorgangers van Piet Schenk is lang, zo blijkt uit de expositie: Gerrit den Das, Dirk Leegwater, Willlie Leegwater, Klaas van den Hooff, Klaas Kluft en Arie Houter.
In het pand Dorpsweg 31 in Hensbroek was jarenlang een schilder gevestigd. René Slooten was de laatste. Voor hem waren zijn vader Jaap Slooten, Klaas Schenk en Pieter de Geus.
Schilder Klaas Schenk woonde er in 1936. „Hij wordt genoemd op een lijst van de Kamer van Koophandel van dat jaar. Dit overzicht was de basis van ons onderzoek”, zegt Cees Olbers.

Loonploegen

In 1936 hielden de Gebroeders Bijvoet uit Obdam zich bezig met loonploegen en vervoer. Uit deze activiteit is het huidige, internationale transportbedrijf gegroeid.
Dorpsstraat 53 in Obdam heeft lang gediend als smederij. Begin vorige eeuw smeedde er Jan Mooijboer het ijzer. Daarna deden dat Blom, Renooij en Swidde. De laatste smid op deze plek was Pieter Jan Peereboom. Hij ging met zijn tijd mee en richtte zich ook op landbouwmechanisatie.

Bekende namen

De Boer (schilders), Floris (fietsenmakers), Immink (kappers), Tromp, Borst (beiden manufacturen en woninginrichting), Leek, veel bekende namen van ondernemende ondernemers trekken voorbij.
Klaas Leek verkocht in 1936 op Dorpsstraat 84 kruidenierswaren, tabak en melk. Het pand groeide later uit tot de Spar van Jan Langedijk en Sjaak Veul. Op Kerkweg 21 was de Kroon-kruidenierswinkel van Theo Steltenpool. Aagje Commandeur-Deen is een voorbeeld van wat Cees Olbers ‘weduwenwinkeltjes’ noemt. Zij verkocht op Dorpsstraat 253 kruidenierswaren. Zoon Jaap Commandeur bracht in de jaren dertig op een bakfiets de boodschappen rond voor zijn moeder.
Arie Rood had later op deze plek een supermarkt.
De tentoonstelling is verrijkt met oud huishoudelijk gereedschap uit de collectie van Jaap Schouten uit Hoogkarspel. Van hem zijn er vooral snijbonenmolens te zien. Ook de Kunstkring Obdam toont werk. Doorlopend wordt een film uit 1948 met beelden van Obdam vertoond.
De tentoonstelling van de Stichting Oud Obdam-Hensbroek over de verdwenen middenstand is komend weekeinde te zien in 't Tuinhuis aan de Willibrordustuin (achter supermarkt Deen) in Obdam (zaterdag 16 en zondag 17 februari, beide dagen van 13 tot 16.30 uur). Ook te zien op zondag 24 februari (13-16.30 uur) en woensdag 5 maart (14-16 uur).
Toegang 1 euro (gratis voor de 388 donateurs van de stichting).

 


Hé, is dat Westfries?

383. Op oudejaarsavond had moeder boffers gebakken (kleine, dikke pannekoek, waarin gist gebruikt is) en bollebuisies (poffertjes).

Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.


© 1924-2023 Westfries Genootschap - Contact - Sitemap - Privacyverklaring

West-Friesland, een streek met karakter binnen de Omringdijk.