Archivering » WFON » 1936 » Pagina 16-20
Jaarverslag
Eerder verschenen in West-Friesland's Oud en Nieuw, 10e bundel, pagina 16-20.
Uitgave: Historisch Genootschap „Oud
West-Friesland”, 1936.
Auteur: K. Ruijterman.
Aan het jaarverslag, uitgebracht op de algemeene vergadering van 31 Juli 1935 in de Ceres te Schagen,
ontleenen wij het volgende:
Het aantal beschermers bedraagt 10, dat der gewone leden 380 alzoo tezamen 390. Vergeleken bij het vorige
jaar geeft dit een vooruitgang van 56 leden. Er zijn dit jaar niet minder dan 79 nieuwe leden toegetreden,
terwijl wij door bedanken en overlijden er 23 hebben verloren.
Het aantal overledenen was niet groot; grooter was het verlies door bedanken en dit was weer een gevolg
van tijdsomstandigheden, zooals vermindering van inkomsten, salariskortingen en zelfs dreigende pensioenkorting.
Vaak schrijft men ons, dat men noode tot bedanken is overgegaan en dat men, zoodra de omstandigheden
dit toelaten, weer lid hoopt te worden. Een enkele maal raakt men ook wel eens een adres kwijt, zooals
van T. Lakeman, Violierstraat 40 te Rotterdam en van mej. A. Schermerhorn, Kanaalkade Alkmaar.
Een woord van hulde en dank brengen wij hierbij aan den heer G. Nobel te Lutjewinkel, die ons reeds
een 50 tal nieuwe leden aanbracht en ons beloofde, daarmee door te gaan tot hij het 100-tal heeft bereikt.
Hij heeft daarmee bewezen, dat ons ledental nog aanmerkelijk kan worden uitgebreid. Er zijn nog genoeg
Westfriezen en andere personen, die belang stellen in ons werk, die daarvoor ƒ 2.50 per jaar
kunnen geven. En daarvoor wordt hun heel wat geboden.
En nu het een en ander over het werk van ons Genootschap. Het voornaamste is zeker de jaarlijksche
uitgave van den Bundel West-Frieslands Oud en Nieuw. De 9de Bundel bevat weer mooie photo's en belangrijke
bijdragen op historiseh gebied. Bijzonder worden de schetsen in het Westfriesche dialect op prijs gesteld
en wij hopen er in het vervolg nog vele te ontvangen; Mevrouw A. C. ter Horst-Hoekstra te Zeist geeft
daarbij een mooi voorbeeld. Verder wijzen wij op de gedichten en op het werk van onzen voorzitter: Op
je stoel door West-Friesland. De redactie, zoowel als de uitgever verdienen weer een woord van hulde
voor hun werk.
Het belangrijke historische werk „Het eiland Jan Mayen” van J. Brander te Vlissingen en
uitgegeven door het Genootschap is dit jaar tegelijk met den Bundel aan onze leden toegezonden. Het is
jammer, dat de oplage niet grooter is geweest; er zijn nog maar enkele exemplaren over.
Ook is er een circulaire aan de leden verzonden met de uitgaven van het Genootschap en wel de verschenen
Bundels van West-Frieslands Oud en Nieuw, de Westfriesehe schetsen van A. C. Bol-Denijs, Kerken en Torens
van dr. Van Balen Blanken en nog een 10-tal tooneelstukken, die verkrijgbaar zijn bij de drukkerij
West-Friesland te Hoorn. In het geheel zijn er 14 tooneelstukken verschenen, waarvan enkele in onze
Bundels zijn opgenomen; ook zijn enkele werken bij den boekhandel in depôt gegeven.
Van het dialect voor Drechterland door dr. G. Karsten is het tweede deel verschenen bij den uitgever
Muusses te Purmerend. Het Genootschap heeft zich daarvoor belangrijke offers getroost.
Aan den bekenden Amsterdamschen Architect A. A. Kpk is een subsidie van ƒ 25.- verleend als
een bijdrage voor het restaureeren van een typisch oud gebouw in de Rijp en tevens een gelijk bedrag
aan de gemeente Twisk voor het restaureeren van den toren.
Vóór enige jaren maakte wijlen de heer C. Druif te Oostwoud er ons opmerkzaam op, dat er
in zijn jeugd in de Ned. Herv. Kerk te Twisk geschilderde vensters waren.
Bij onderzoek bleek, dat deze in de vorige eeuw aan het Oudheidkundig Genootschap ten geschenke waren
gegeven en dat zij zich nu in het Rijksmuseum te Amsterdam bevinden. Zij stellen wapens en bijbelsche
voorstellingen voor en zijn van het jaar 1696, terwijl er in het Rijksmuseum foto's van te verkrijgen
zijn. Zij hebben om hun kunstwaarde de aandacht der bezoekers. Wij hebben den burgemeester van Twisk
geschreven, dat als het kerkgebouw ook gerestaureerd mocht worden, deze vensters weer op hun oude plaats
terug mochten komen, want dat het beter is de kunstwerken ter plaatse te bewaren, dan in een museum.
De heer Teer, burgemeester van Twisk, heeft zich ook voor deze zaak geïnteresseerd; hij heeft de
gemeentelijke archieven onderzocht en daarbij allerlei bijzonderheden aan het licht gebracht. Wij willen
hopen, dat deze kunstwerken mettertijd weer de kerk van Twisk mogen sieren.
Voor de opleiding van mej. J. Smit te Midwoud in de beeldende kunst werd weer een bijdrage van
ƒ 100.- uitgekeerd.
Van den heer J. Butter te Deventer was het verzoek ingekomen om de plek te Zandwerven, waar proefopgravingen
zijn gedaan, voor verdere afgraving te bewaren. Het best zal zijn daaromheen een afscheiding te plaatsen
in overleg met den eigenaar.
De heer M. Zwaagdijk te 's-Gravenhage heeft ons verzocht in samenwerking met andere vereenigingen de
uitgave van zijn werk over Kinderfolklore mogelijk te maken.
Met genoegen mag ik wijzen op de prettige samenwerking met den heer en mevrouw Nieuwpoort te Bandjar
op Java. Zij innen de contributie voor de Indische leden, zoeken nieuwe leden, geven de adresveranderingen
op en bevorderen op allerlei wijzen het saamhoorigheidsgevoel. Wij voeren daarbij een prettige
correspondentie en leven zoo met elkander mee.
Het vorige jaar was de heer B. Roep, Beschermer van ons Genootschap, 12½ jaar lid van den Volksraad,
een feit, dat in Indië niet zoo vaak voorkomt en waarbij de heer Roep van vele zijden gehuldigd
werd. Ook ons Genootschap heeft hem daarbij gefeliciteerd en mocht daarop een schrijven met dank en
waardeering voor ons werk, dat tevens getuigde van groote liefde voor zijn geboortegrond, ontvangen.
Het was mij een waar genoegen dit schrijven op de algemeene vergadering te Schagen, de geboorteplaats
van den heer Roep te kunnen voorlezen. Evenzoo mocht ik herinneren aan een schrijven van den heer C.
Dekker, die ook zijn jeugd in Schagen heeft doorgebracht, en getuigt van zijn liefde voor West-Friesland.
Ik mocht hem tevens op de vergadering het welkom toeroepen en hem toewenschen, dat hij na een langdurig
verblijf in de tropen, nog vele jaren van zijn rust in het Vaderland zou mogen genieten.
Ook dit jaar zijn weer eenige van onze leden gedecoreerd en wel de heer G. Scholten te Hoorn als ridder
in de Oranje-Nassau-orde en mr. J. Schuytemaker te Amersfoort en P. Scholten, kapitein bij den gen.
staf te Bandoeng N.O.I., beiden als ridder in de Oranje-Nassau-orde met de zwaarden.
Aan den minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen was een verzoek gericht om het meubilair van
het voormalig kantongerecht in liet kasteel Radboud daar te mogen behouden. Dit meubilair was indertijd
door dr. Kuipers ontworpen bij de restauratie van het kasteel. Wij mochten daarop een gunstig antwoord
van den minister ontvangen.
Met den voorzitter mocht ik de inwijding van de gerestaureerde Sint-Nicolaaskerk te Edam bijwonen en
ik voeg er de opwekking aan toe om dit prachtige gebouw te gaan bezien.
Verder woonden wij de opening van de tentoonstelling in den Drommedaris te Enkhuizen bij. Voor het werk
van de V. V. V. en met name aan den heer D. Brouwer, secretaris van V. V. V. en bestuurslid van ons
Genootschap, is de tentoonstelling Enkhuizen in kaart en beeld tot stand gekomen.
Wij wekten onze leden op tot een bezoek, niet alleen om de tentoonstelling, maar ook om het interessante
bouwwerk en het prachtige uitzicht dat men van het plat van den Drommedaris kan genieten.
Bij deze opening was ook het bestuur van de V. V. V. van Medemblik aanwezig en het verzocht onze hulp
en medewerking voor het houden van 'n historische tentoonstelling in het kasteel Radboud. De noodige
samenwerking was spoedig verkregen en zoo mochten wij spoedig de opening van de tentoonstelling Oud
Medemblik en Oud West-Friesland bijwonen. Deze opening droeg een feestelijk karakter, mede door de
belanglooze medewerking van mej. Ma Bierman met haar Westfriesche voordrachten en van den heer R.
Sasburg met zijn kinderkoor Jong West-Friesland. Ieder stond verbaasd, dat in zoo'n korten tijd zulk
een mooie historische tentoonstelling in de Ridderzaal van het kasteel Radboud kon worden bijeengebracht
en daarom konden wij ook een bezoek daaraan hartelijk aanbevelen en de hoop uitspreken, dat deze
tentoonstelling een blijvend resultaat mag opleveren.
In verband hiermee mocht ik er op wijzen, dat de meeste kunstschatten van Schagen zijn verdwenen, doch
dat er bij particulieren nog wel het een en ander te vinden zal zijn. Het voorbeeld door Enkhuizen en
Medemblik gegeven moest door Schagen worden gevolgd, waarbij het oude Slot, dat nu zoo mooi gerestaureerd
is, mogelijk van dienst zou kunnen zijn.
Ons Genootschap mocht voor zijn archief in dank ontvangen:
Bijdragen tot de geschiedenis der Zeeverzekering; De Zeeverzekering der Walvischvaart 1612-1803 door
E. L. G. den Dooren de Jong en S. Lootsma; van het Hoogheemraadschap van H. N. Kw. de verzamelde
inventarissen van de Archieven der opgeheven Waterschappen.
Van dr. J. W. Wicherink: Polderland, een handvol klinkdichten of wat er naar rooit.
Van particuliere zijde werd ons een oud Kerkeboek van Wervershoof gegeven, dat wij weer hebben geschonken
aan het Prov. Rijks-Archief te Haarlem, waar dit zeer dankbaar werd aanvaard, omdat men eerst niets
van Wervershoof bezat, doch nu een doorloopende serie van 1719-1752.
Door de vele bemoeiïngen van ons Genootschap in het afgeloopen jaar hebben wij een belangrijk
tekort gekregen, dat echter uit het batig saldo van vorige jaren kan worden voldaan.
Wij zullen hopen, dat onze volgende rekening weer sluitend mag zijn.
Tot slot willen wij met dankbaarheid vaststellen, dat het verloop van den lOden Westfriezendag op 25
Juli 1934 te Medemblik na afloop van de algemeene vergadering recht aangenaam is geweest.
Wij herinneren aan de officieële ontvangst door het gemeentebestuur op het Stadhuis, waar burgemeester
Peters een rede hield over de geschiedenis van de stad en over de pogingen in den laatsten tijd ondernomen
om de stad te verfraaien en het oude daarbij in eere te houden, waarop onze voorzitter in een uitvoerige
rede dank bracht voor de ontvangst. Daarop brachten wij een bezoek aan het nieuwe Stadspark, dat zoo
juist gereed gekomen was en dat ieders bewondering wegdroeg.
Aan den feestmaaltijd in het Wapen van Medemblik zaten weer velen aan en er heerschte als altijd een
gezellige toon.
Na afloop begaven velen zich weer naar het Park, waar het muziekgezelschap Crescendo een concert gaf
en waar men in het theehuis nog eenigen tijd gezellig bijeen bleef.
Wij hopen, dat de 11de Westfriezendag in Schagen een even mooi verloop mag hebben.
Uit de rekening en verantwoording biijkt dat op 1 Jan. 1935 de ontvangsten met het batig saldo bedroegen
ƒ 1787.59½ de uitgaven ƒ 1442.06½, zoodat er een batig saldo was
van ƒ 345.53.
In het Claes Barensfonds was op 1 Jan. 1935 een bedrag van ƒ 619.80.
Andere jaarverslagen:
'33/'34 |
'34/'35 |
'38/'39 |
'41/'42 |
'42/'43 |
'43/'44 |
'45 |
'46 |
'47 |
'48/'49 |
'51 |
'53 |
'54 |
'55 |
'56 |
'57 |
'58 |
'59 |
'60 |
'61 |
'62 |
'63 |
'64 |
'65 |
'66 |
'67 |
'68 |
'69 |
'70 |
'71 |
'72 |
'73 |
'74 |
'75 |
'76 |
'77 |
'78 |
'79 |
'80 |
'81 |
'82 |
'83 |
'84 |
'85 |
'86 |
'87 |
'88 |
'89 |
'90 |
'91 |
'92 |
'93 |
'94 |
'95 |
'96 |
'97 |
'98 |
'99 |
'00 |
'01 |
'02
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.