Archivering » WFON » 1967 » Pagina 164-167
Jaarverslag van de secretaris over 1966
Eerder verschenen in West-Frieslands Oud en Nieuw, 34e bundel, pagina 164-167.
Uitgave: Historisch Genootschap „Oud West-Friesland”, 1967.
Auteur: H. J. Avis.
Het drieënveertigste verenigingsjaar van het genootschap heeft een vrij rustig verloop gehad.
Niettemin is er gewerkt, zodat er bijvoorbeeld melding kan worden gemaakt van twee geslaagde bijeenkomsten
van leden, van de verschijning van twee boekjes in de Stolphoevereeks en nieuwe succesvolle opgravingen
onder auspiciën van de archaeologische werkgroep. Over deze opgravingen vindt men in de bundel
van dit jaar van de werkgroep zelf gegevens, welke ik graag in ieders aandacht aanbeveel. De belangstellende
lezer zal namelijk de wetenschappelijke verhandelingen beter begrijpen naar mate hij er zich vaker -
en eventueel met behulp van een goed woordenboek - in verdiept. Hij zal zich hierdoor meer bewust worden
hoezeer de historie in feite voortleeft in elke nieuwe generatie en derhalve beter doordringen tot
datgene wat het genootschap zich tot taak gesteld heeft.
Leden en huisgenoten zorgden in 1967 weer voor grote deelname aan de ditmaal in De Rijp gehouden
streekmiddag (ruim honderd personen) en de jaarvergadering in Alkmaar (ruim driehonderd personen).
Deze vergadering benoemde de oud-secretaris en nu als bestuurslid aftredende heer R. P. Goettsch tot
erelid. Aan mevrouw E. J. Kieft-Peeck, die ook aftrad als bestuurslid, werd een afgewerkt en ingelijst
exemplaar van de voor het genootschap ontworpen merklap aangeboden. Op de plaatsen van de aftredenden
werden mej. A. N. Scheringa en de heer W. J. Resoort benoemd. Erediploma's, kenmerken van het lidmaatschap
van verdienste, werden toegekend aan de heren ir C. Koeman en C. Urban, in het bijzonder voor hun
werkzaamheden op genealogisch en cultureel gebied. De jaarvergadering had met de streekmiddag gemeen
dat zij zeer tot genoegen van de deelnemers is verlopen, dank zij niet in het minst de zeer grote
medewerking welke werd verleend voor de wandelingen en bustochten. De jaarvergadering was verder,
dunkt mij, belangrijk door de boodschap, welke de burgemeester van Alkmaar ons meegaf: schenk meer
aandacht aan uw dialect, uw cultuur en uw karakter, want zij zouden dat waard kunnen zijn.
De lust tot zingen schijnt de Westfriezen wat te hebben verlaten. Het is daarom misschien goed er op
te wijzen dat men de volksliederen, welke in het boekje 'Adelijn, bruin maagdelijn' zijn opgenomen,
niet behoeft (voor) te zingen. Ook hier geldt dat met, aandachtig, lezen kan worden volstaan voor
het ophalen van jeugdherinneringen of het een weinig doordringen in de geest van vroegere generaties.
Want men zong deze - en andere - liederen voorheen graag. Het tweede deeltje van 'Dit land boven het
IJ' sprak kennelijk duidelijker taal; het ging vlot van de hand.
De prentbriefkaartenverzameling van het genootschap heeft een prachtige uitbreiding ondergaan door de
schenkingen van de heer Th. A. Dinkla te Alkmaar en enkele andere attente leden. Het bestuur houdt
zich intussen gaarne aanbevolen voor wat anderen nog zouden willen schenken.
De fotowedstrijd is geen bijzonder succes geworden, hoewel we blij zijn met wat aan inzendingen werd
ontvangen. Daarbij waren echter veel te weinig bijdragen van leden. Een volgende keer wellicht beter,
Westfriezen?
Daarentegen hebben de merklap, de reproductie van een oude kaart en de historische klederdracht en
hoofdtooien goede belangstelling ondervonden en leverde de kunstknipcursus een twaalftal enthousiaste
'meer gevorderde' knipsters en knippers op. Hopelijk zal binnenkort nog eens een cursus gegeven kunnen
worden.
De jeugdgroep kenmerkte zich niet door een grote groei, doch zette haar activiteiten voort, zowel de
geschiedenis als de 'moderne tijd' betreffende. De groep heeft ook een net van 'cultuurbewakers'
gespannen, al zijn de mazen hier en daar nog wat groot. Eventueel zal in samenwerking met de commissie
voor Landelijk schoon worden getracht te bevorderen dat goede oude zaken worden bewaard en nieuwe 'goed'
worden gemaakt.
In de commissie voor de Stolphoevereeks werden, nadat de heer D. Nieuwpoort aan zijn zeer waardevolle
werkzaamheden hiervoor een einde had gemaakt, de heren V. J. Nobel en D. P. van Wigcheren benoemd.
De Stichting tot behoud van de - nog aanwezige - Westfriese molens raakte in 1967 haar actieve secretaris
kwijt door verhuizing, doch is later toch wel verder van de grond gekomen. Het jaar 1967 was intussen
niet gunstig voor een daadwerkelijk begin van de taak, welke de Stichting zich gesteld heeft, daar
hiervoor zeer veel geld (vooral in de vorm van overheidssubsidies) nodig is.
De bundel kwam dit jaar, door allerlei omstandigheden, (te) laat uit, zodat er met betrekking tot het
jaarboek, naast alle hulde welke auteurs en redactie toekomt voor de inhoud, ook een wensje ontstaan
is. Hieraan zal wellicht prompt worden voldaan. Het eerste exemplaar van de bundel 1967 werd met enig
officieel vertoon, vanwege het bestuur en de redactie-commissie aangeboden aan de burgemeester van
Alkmaar.
Aan de bezorging van de bundel is vooral in de dorpen medewerking verleend door een aantal leden.
Daardoor werd een belangrijk kostenbedrag voor verzending per post bespaard. Men kan zich afvragen of
het juist is kostenbesparingen te verkrijgen door medewerking, waarvoor geen vergoeding wordt gegeven,
doch bedenke dat indien het genootschap alles wat voor een goede gang van zaken nodig is - naar waarde
- moest betalen, de rekening niet uit zou komen. Becijfert u eens, aan de hand van de gegevens van de
penningmeester, wat de bundel kost in vergelijking met het bedrag van de (gewone) contributie. Wij zijn
daarom alle medewerkers zeer dankbaar en houden ons ervan overtuigd dat zij hun werkzaamheden toch niet
werkelijk 'belangloos' verrichten.
Het bestuur prijst zich in verband hiermede zeer gelukkig dat de contributiebetaling voor 1967 dadelijk
na verspreiding van de accept-girokaarten in december 1967, goed van stapel is gelopen. De vele kleine
bijdragen van vroeg betaalde contributies vormen één grote, waarmede uw genootschap iets
kan doen. Tijdige contributiebetaling vergemakkelijkt de administratie, ook die voor de verspreiding
van de bundel, maakt tijd vrij voor de werkzaamheden welke op gezette tijden later in het jaar moeten
worden verricht en voorkomt de hoge kosten van afzonderlijke nazending van bundels. Derhalve kunnen
alle leden ook hierdoor zeer gewaardeerde medewerking aan het werk van het genootschap verlenen.
Westfriesland genoot in november 1967, met medewerking van de heer J. Koster te Hauwert, belangstelling
in een radiouitzending. Voorts vertegenwoordigen de voorzitter, leden van het bestuur en ir C. Koeman
het genootschap waar dit gewenst en mogelijk was. Een tweede studiereis van Westfriezen en anderen naar
Frankrijk (Parijs-Méridon), in september ondernomen, is tot genoegen van alle deelnemers verlopen.
Slechts enkele leden van het genootschap zijn aangetroffen onder de meer dan driehonderd deelnemers aan
de zeer instructieve cursus 'Plaatselijke en streekhistorie voor Noord- en Zuid-Holland', voortreffelijk
georganiseerd door de vereniging 'Haerlem' en de afdeling Kennemerland van de Nederlandse genealogische
vereniging.
Het ledenbestand van het genootschap heeft zich als volgt ontwikkeld:
ingeschreven per 1 januari 1966 | 1380 | leden | |
ingeschreven nieuwe leden | 218 | ||
samen | 1598 | leden | |
afgeschreven (bedankt en overleden) | 53 | leden | |
aantal leden, ingeschreven op 1 januari 1967 | 1545 | leden | |
te weten: | gewone leden | 1333 | |
jeugdleden | 58 | ||
gemeenten en waterschappen | 71 | ||
bedrijven, instellingen, verenigingen enz. | 73 | ||
ruillidmaatschappen | 10 |
Daar een honderdtal van de gewone lidmaatschappen thans wat dubieus lijkt, zullen de eerstkomende
maanden wellicht beslissend zijn voor de handhaving van het totale aantal leden boven 1500, Tot de
nieuwe leden behoren de gemeente Schoorl, de Vereniging 'Oud Alkmaar', het Alkmaars Jaarboekje, het
Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor geslacht- en wapenkunde en het Nordfriisk Instituut, met welke
verenigingen enz. publicaties worden uitgewisseld. De gemeente Monnikendam ging helaas als lid verloren.
Het ledenverlies was voorts mede een gevolg van het overlijden van - voor zoveel bekend: - de heren
K. Bakker te Berkhout, G. Berkhout te Hoorn, F. Butter te Hoorn, K. van Dok te Andijk, mevrouw T.
Groot-Tensen te Andijk, de heren A. van Hees te Bilthoven, A. G. Heineken te Amsterdam, D. de Jong te
Hoogkarspel, mevrouw C. M. Kortebos-Kleijn te Bilthoven, mevrouw E. Mintjes-Burger te Anna Paulowna,
mevrouw M. E. Prins-Lammerts te Amsterdam, mej. P. Speets te Spanbroek en de heren J. Swagerman te
Berkhout, G. H. Voerman te Haulerwijk en J. Wit, huize 'Avondlicht' te Hoorn. Wij gedenken hen met
eerbied en waardering voor hetgeen zij voor het genootschap geweest zijn en gedaan hebben en dat is,
wat enkelen betreft, vele jaren lang, zeer veel geweest.
Er zijn in 1967 drie mededelingenbladen naar de leden uitgegaan. Het bestuur vergaderde zesmaal. Tot
plaatsvervangend voorzitter werd, ter vervanging van de heer Goettsch, aangewezen mevrouw G. Koster-Stapel.
Het bestuur heeft, na afwikkeling van de in het verslagjaar voltooide ondernemingen, de aandacht
gericht op een zo goed mogelijke voortzetting van de activiteiten. Daartoe behoort, wellicht slechts
zeer ten dele in afwijking van de desbetreffende wens van de jaarvergadering, de organisatie van de
aanstaande Westfriezendag in de Langedijk, met name Noord-Scharwoude. Hopelijk zien we daar meer
Westfriezen en belangstellenden bijeen dan ooit tevoren op zulk een dag, want er is ruimte genoeg en
in deze omgeving is ook zeer veel waar te nemen.
Medemblik, maart 1967
H. J. Avis.
Andere jaarverslagen:
'33/'34 |
'34/'35 |
'38/'39 |
'41/'42 |
'42/'43 |
'43/'44 |
'45 |
'46 |
'47 |
'48/'49 |
'51 |
'53 |
'54 |
'55 |
'56 |
'57 |
'58 |
'59 |
'60 |
'61 |
'62 |
'63 |
'64 |
'65 |
'66 |
'67 |
'68 |
'69 |
'70 |
'71 |
'72 |
'73 |
'74 |
'75 |
'76 |
'77 |
'78 |
'79 |
'80 |
'81 |
'82 |
'83 |
'84 |
'85 |
'86 |
'87 |
'88 |
'89 |
'90 |
'91 |
'92 |
'93 |
'94 |
'95 |
'96 |
'97 |
'98 |
'99 |
'00 |
'01 |
'02
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.