Westfries Genootschap » Publicaties » Vierkant » 2016 » Nummer 1 » Pagina 4-8
Tekenaar Jaap Hartog
Hai was ien van de eerste tekenaars van Skroivendevort, samen met Sietse Wiersma. Jaap tekende ok voor
de boeke van ‘Zuks moet je opskroive’ en in de jaarboeke van 't Wesfries Genoôskip.
De mooiste môlens, stolpe en landskappe kwamme van zoin hand. Begin januari is Jaap op 83-jarige
leeftoid overleden. Stoppe op z'n 80ste, zôas ie altoid zee, deer deed ie niet an. 't Tekenen gaf
'm juist zô veul plezier in z'n leven, dat al beperkter werd. We zelle de tekenings van Jaap misse.
We wense z'n vrouw, kindere en kloinkindere alle sterkte toe.
Folkloremarkte in Skagen
De skroifgroepe van Creatief Westfries dreige alle donderdage van de folkloremarkte in Skagen hullie
oigen werk voor. 't Is vraie inloup en entree tussen ien en drie uur. En meist in de zaal van het Slot.
De dage van optreden benne: 30 juni, 7,14, 21 en 28 juli, 4, 11, 18 en 25 augustus en 1 september. Voor
'n mooi verhaal, roim of oigen woisie is ‘t 'n merakel uurtje plezier! Wul je meer wete over de
folkloremarkt, koik den op de website van de Stichting Westfriese Folklore.
Skroifklassie
As je nuwskierig benne of stukkies en roime make ok wat voor jou is, den ken je in 'n klassie komme.
Deer kè je lere hoe of je jóuw Westfries 't beste opskroive kenne. De opbouw van je stukkie,
't ritme van je roim, en mooie kenmerke van 't dialect worre deer besproken. Niet enkeld onderwerpe van
vroeger, maar ok de nuwerwesse dinge kè je in Westfriese taal gnappies beskroive.
Hew je zinnighoid om 't ok 'rs te perberen? Infermeer den bai Dilly Koetsier, têlefoôn:
0228-561712 of: bonsol@quicknet.nl
Diny Kreuk-Breed, bestuurslid Creatief Westfries
Werkgroep Overleg Museale Textiel kijkt terug op een mooi jaar. Vanwege het Jaar van het handwerk
besteedden we in januari aandacht aan het Marker handwerk. De twee dames van het Markermuseum, Neeltje
en Jannetje, vertelden hier over. De technieken werden eeuwenlang van generatie op generatie overgedragen
op de scholen én thuis. Er werd geborduurd met zijde, wol en katoen. In de Markerdracht komen
weinig sieraden voor, het kleurrijke borduurwerk zorgt voor opsmuk.
De oudste objecten stammen uit de zeventiende eeuw, zoals de merklappen, vernaaidoken genoemd. Veel
handwerk is in particulier bezit: kleurig geborduurde rijglijven, met initialen in rode en zwarte zijde
gemerkt bedden- en ondergoed, wit- en sneewerk op bakerdoekjes en baby- en kinderkleding, brei- en haakwerk.
Patronen werden meegenomen uit verre streken en zijn herkenbaar in de streekdracht. Stoffen kocht men
in Amsterdam. Het is een misverstand dat Marken geïsoleerd was.
In april was textiel-archeologie het onderwerp. Noortje Kramer van het Sterkenhuis in Bergen kwam er
over vertellen. Oud textiel wordt gevonden in de bodem en in grafkamers. Wol, zijde en leer zijn redelijk
goed bewaard gebleven, als de omstandigheden nat, zuurstofloos en lichtzuur waren. Voor de conservering
wordt het gespoeld, gedroogd, en schoongemaakt. Men bedekt het object met gaas. Voordat het in een donker
depot, met een temperatuur van minimaal drie en maximaal achttien graden verdwijnt, wordt het gefotografeerd
en gedocumenteerd. Bij exposeren zet men het vast op dunne stof van een andere tint en zo ondersteunt
men het weefsel.
In juli wilden we sieraden aan de orde stellen, maar de spreker, Piet Schilder, was plotseling verhinderd.
Dus hielden we een groot rondje, want iedereen heeft altijd genoeg te vertellen. Er ontspon zich een,
op zich nuttige, discussie over de precisie waaraan kostuumgroepen (met replica-kleding) zich hebben
te houden aan een (vermeend) beeld van een tijd.
Op de herfstbijeenkomst in oktober was juwelier Piet Schilder uit Volendam gelukkig wel aanwezig. Hij
vertelde dat bloedkoralen heel populair zijn bij Chinezen en Japanners. Zij kopen voor veel geld de
snoeren en sieraden op. Zo verdwijnt Nederlands cultuurgoed naar het buitenland. Dat is jammer.
Rond het IJsselmeer zijn veel streeksieraden bewaard gebleven, maar deze worden niet meer gedragen. Wel
worden van meerdere sieraden één exemplaar gesmeed, of van oorbellen hangers gemaakt. De
waarde vermindert hierdoor. Opmerkelijk zijn de zilveren pommanders, voorzien van kruiden, die tussen
de kleding gedragen werden.
Iedereen had sieraden bij zich. Er kwamen fijnbewerkte voorhoofdsnaalden op tafel, waarin figuurtjes
gedreven waren die voor schittering zorgden. Deze figuurtjes komen ook op Limburgse sieraden voor. Er
waren horlogesleuteltjes, gespen en kettingen.
Piet leerde ons hoe granaten te herkennen (die voelen koud aan), welke wijzen van diamantslijpen er
zijn en wat de keuren betekenen. Het was een ‘schitterende’ ochtend.
Het jaar 2016 is gestart met verhalen over de watersnood van 1916. De volgende bijeenkomst wordt er
aandacht besteed aan het onderwerp breien.
Leontine Kuijvenhoven-Groeneweg, secretaris
Voor versterking van ons PR-team zoeken wij mensen die het leuk vinden om af en toe achter de PR-kraam
van het Westfries Genootschap te staan. Met deze kraam staan wij op onze eigen bijeenkomsten maar ook
op evenementen zoals de Kunst- en cultuurmarkt in Hoorn en de Landbouwshow in Opmeer. Lijkt u het leuk
om het Westfries Genootschap een paar keer per jaar te promoten? Meldt u zich dan aan bij het
secretariaat.
Bereikbaar van dinsdag tot en met vrijdag tussen 9 en 12 uur via 0229-217121 of
contact@westfriesgenootschap.nl.
Uw hulp is zeer welkom!
Werkmanshuis aan de Koningspade
Misschien wel het bekendste werkmanshuis van Westfriesland staat aan de Koningspade 24 in Hoogwoud. Op
de hoek van het erf van een indrukwekkende langhuisstolp prijkt het tussen bloemen en bomen. Een idyllisch
plekje daar aan de aloude Koningspade, dat een goed beeld geeft van een boerenerf uit vroeger tijd.
Jan Mantel vertelt in zijn beschrijving van dit pand het volgende.
‘Een werkmanshuis is een kleinschalig huis van één bouwlaag met een zolderverdieping
met veelal houten topgevels. Het is gesitueerd op een hoek van het erf van de boerderij. Het huis is
bedoeld als woning voor de werknemer van de boer. Zelfs grote gezinnen bevolkten zo'n huisje, waarin
dan op zolder op de ‘lange regel’ werd geslapen met een gordijn als afscheiding tussen de
jongens- en de meisjesslaapplaatsen. Een eigen erf heeft zo'n huisje nauwelijks; er is soms zelfs geen
ruimte om een moestuin aan te leggen. Meestal onderhield de werkman de moestuin behorende bij de boerderij,
waarvan hij dan ook het vruchtgebruik had’.
Het betreffende huis is 7,40 meter lang en 5,05 meter breed met twee houten aanbouwen aan de achter-
en zijgevel van respectievelijk 2,50 en 6,80 m en 1,64 en 4,05 m. De halfsteens gevels bestaan uit rode
baksteen in waalformaat met een koppenmaat van 11 cm en een lagenmaat van 6 cm. Het zadeldak is gedekt
met oudhollandse grijs gesmoorde pannen en afgewerkt met houten waterborden en windveren met twee kleine
makelaars.
Rijdt u over de Koningspade? Neem dan even de moeite om stil te staan bij dit fraaie, goed onderhouden
werkmanshuis.
Het Westfries Genootschap komt met de leskist Kijk de Dijk voor het basisonderwijs. Met deze leskist
kunnen de kinderen van de basisscholen binnen de Westfriese Omringdijk op een ontdekkende, informatieve
en educatieve manier kennis nemen van het cultuurhistorisch erfgoed van Westfriesland.
In deze tijd van mondialisering bestaat er behoefte om het waardevolle en het karakteristieke van de
eigen omgeving goed te (leren) kennen. De leskist laat de leerlingen van groepen zeven en acht inzien
hoe interessant hun eigen omgeving is. Ze leren gericht kijken en kunnen daardoor allerlei ontdekkingen
doen. Dit met de visie: als je veel over je eigen omgeving weet, kun je er met meer belangstelling naar
kijken. Je kunt je geworteld voelen. Het uitgangspunt is dat je daardoor zorgvuldig met je omgeving
omgaat. Je zult je er meer thuis kunnen voelen, dat geeft rust.
Dankzij een gift van de Stichting Creatief Westfries en de commissie Kap en Dek ter gelegenheid van ons
90-jarig bestaan kon een langgekoesterde wens van het Genootschap in vervulling gaan. Bestuurslid Netty
Zander ontwikkelde de kist.
De kist Kijk de Dijk bestaat in twee vormen: digitaal en fysiek.
De leskist bestaat uit verschillende thema's:
• Dijken, land en water
• Aan de wandel over de Westfriese Omringdijk
• Schatten in de grond (archeologie)
• Van klein naar groot (de levensloop van de Westfries)
• Verhalen
De digitale vorm biedt de mogelijkheid om links aan te klikken. Dit verlevendigt de lesstof.
Geïnteresseerde talenten kunnen hiermee hun onderzoeksvragen uitdiepen.
Met onderzoeksvragen en activiteiten maakt de leskist een veelheid aan werkvormen mogelijk.
In de leskist zitten onder meer archeologische voorwerpen, veen, een gedeelte van een dijkpaal aangetast
door de paalworm en achtergrondmateriaal.
Verhalen zijn een belangrijk onderdeel van de leskist. Een verhaal schenkt voorkennis als start van een
onderwerp, nieuwe leerstof kan hierbij aanhaken. Verhalen vertellen zorgt voor sfeer, ze nemen je mee
op avontuur.
De scholen kunnen een beroep doen op de plaatselijke historische verenigingen en musea. Daar zit de meeste
kennis van een dorp of stad.
Op 27 juni wordt de leskist gepresenteerd op basisschool De Piramide in Andijk.
Op 25 juni komt ons jaarboek uit. Het boek wordt vanaf 29 juni bij de leden bezorgd. Wij zijn op zoek naar bezorgers, met name voor de regio Hoorn, Den Burg, Den Helder/Julianadorp, Oostwoud en De Rijp. Mocht u zich als bezorger op willen geven, neem dan contact op met het secretariaat. Bereikbaar van dinsdag tot en met vrijdag tussen 9 en 12 uur via 0229-217121 of contact@westfriesgenootschap.nl.
De veiling van 6 februari bracht de nodige spanning mee. Een nieuwe veilingmeester, een andere notaris
en cursisten die pas op het laatste moment het kostuum klaar hadden. Maar we hebben het weer gered!
Helaas moesten we het zonder onze vertrouwde veilingmeester Fred Gutker stellen. Mochten we hem het
afgelopen jaar nog in het zonnetje zetten voor het leiden van de veiling gedurende twintig jaar, nu was
Fred wegens ernstige ziekte niet beschikbaar. Op zoek naar een andere veilingmeester kwam Rober Dol in
beeld en hij heeft het uitstekend gedaan. Met vaardige hand en in rap tempo prees hij de kavels aan om
ze vervolgens bij opbod te verkopen. Alhoewel, hij ontbeerde enige kennis over de streekdracht en
aanverwante artikelen. Dus hilariteit bij het aanprijzen van kavels als peluw, odeurflesje of
ferronnière. Juist dat bracht de lach en benadrukte de gezellige sfeer van onze jaarlijkse veiling.
Velen konden hun slag slaan en mooie kavels binnen halen. Slechts een paar kavels werden opgehouden
omdat het afgesproken minimumbedrag niet werd gehaald.
Voorafgaand aan de verkoop was er de modeshow en traden de dames in kostuum voor het voetlicht. De
afgelopen maanden zijn twee volle kostuumcursussen gehouden, zodat in totaal twaalf dames hun huisvlijt
konden tonen. Bewondering was er volop voor deze staaltjes van naaldkunst, waarbij het historisch
verantwoord zijn hoog in het vaandel staat. Aan de hand van boeken en/of familiefoto's kwam de mode van
rond 1900 weer tot leven. Cursusleider Dirkje Snijders vertelde over de details van elk kostuum en over
de rijke gouden en diamanten sieraden. Zij heeft de patronen prachtig uitgewerkt en getekend en dat zie
je in het eindresultaat. Echt vakwerk!
De bezoekers genoten volop van de prachtige replica's van de modedracht van ruim 120 jaar geleden. De
cursussen zorgen ervoor dat de kledingtradities niet verloren gaan. Dat is ook het doel waar de commissie
Kap en Dek voor staat: het in stand houden van het kostuum en aandacht schenken aan alle activiteiten
die daarbij van belang zijn.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.