Ruijter, Joris (ook wel Ruyter) (1855-1928)
bron: Hollands Kaasmuseum

Stamvader van generaties bekende veefokkers

Geboren te Westerblokker op 9 september 1855. Overleden te Oosterblokker op 4 maart 1928. Veefokker.
Joris Ruijter boerde aanvankelijk in Nibbixwoud, maar vestigde zich in 1898 op de boerderij de Woudhoeve in Oosterblokker. Hij was de stamvader van een familie van vele bekende veefokkers in Noord-Holland. De Woudhoeve zou daarvan tot voor kort steeds het middelpunt blijven.
Begin deze eeuw was Joris Ruijter bestuurslid van het Noord-Hollands Rundveestamboek. Maar hoewel bestuurslid schreef hij in de nadagen van dit stamboek in 1911 toch vast acht van zijn beste koeien in bij het concurrerende Nederlandsch Rundvee Stamboek. Het dubbele lidmaatschap kon immers geen kwaad voor de handel, vooral niet aan klanten buiten West-Friesland. Zo verkocht hij in de jaren 1911 en 1913 diverse koeien naar Japan.
Joris Ruijter was in 1906 één van de oprichters van de fokvereniging De Tijdgeest in Blokker en Westwoud. Van het begin af stak de melkproductie van zijn koeien met kop en schouders boven die van zijn medeleden uit. In 1917 moest hij het bestuur beloven bij de plaatselijke fokveedag maar één dier per categorie in te zenden om ook de anderen nog een kans te geven op een prijs.
In 1920 deed Joris zijn bedrijf over aan zijn twee zoons Arie en Kees. In de jaren twintig werden "de Gebroeders Ruijter" een begrip in de rundveefokkerij. Ze wonnen vele nationale prijzen en legden zich sterk toe op de stierenhandel. Dat zou hen geen windeieren leggen. Niet alleen in Nederland en Duitsland, maar ook in Chili, Argentinië, Mexico, Zuid-Afrika en Sovjet-Rusland vonden hun stieren aftrek.
Adema 21 van de Woudhoeve, overleden in 1960, gold als Nederlands beroemdste stier. Het beest leeft voort als bronzen beeld dat een plek kreeg bij de entree van het Westfries Museum. Adema 21, geboren in 1942, is het boegbeeld van de Noordhollandse fokkerij.
Ook na de Tweede Wereldoorlog was er vrijwel geen land ter wereld waarnaar de Ruijters geen fokvee verkochten. Hun belang voor de Nederlandse export werd in 1952 nog eens onderstreept met een koninklijk bezoek aan de stallen van De Woudhoeve.
En toen in de jaren '80 het Amerikaanse sperma het Nederlandse melkvee kwam vernieuwen, behoorde George Ruijter, inmiddels de derde generatie op de Woudhoeve, tot de weinige fokkers van naam die onmiddellijk met de nieuwe mode meegingen.
Wegens gebrek aan opvolging werd op 28 juni 2006 de complete Woudhoeve veestapel van de familie Ruijter te Oosterblokker onder grote belangstelling geveild.

Literatuur:
K. van der Wiel & J. Zijlstra, Paradijs der Runderen (Wormerveer 2001)
Ed Dekker, Vee De Woudhoeve te koop, in Dagblad voor West-Friesland, d.d. 24-6-2006.

Gegevens aangeleverd door: Kees van der Wiel te Haarlem (2007).