Hoofdstuk 1: Het Westfriese geulen- en krekenlandschap en Bronstijdbewoning (2000 – 800 v Chr.)

In deze weblezing, gemaakt door André Bouwens, vertelt hij zelf over het ontstaan van het natuurlijk landschap ca. 4000 jaar gelden en over hoe dichtbevolkt Westfriesland-oost was toen Bronstijdbewoning zo’n 1000 jaar daarna grootschalig plaatsvond.

In de eerste afleveringen van deze weblezing wordt een beeld geschetst van hoe het bijzondere geulen- en krekenlandschap van Westfriesland is ontstaan en hoe het er tijdens de Bronstijdbewoning (ca. 2000-800 v Chr.) uitzag. In de latere afleveringen wordt ingegaan op de Bronstijdbewoning zelf. Uit deze weblezing blijkt dat Westfriesland-Oost nu één van de belangrijkste archeologische onderzoeksgebieden in NW-Europa is.

In deze aflevering wordt uitgelegd waaruit de ondergrond van Westfriesland is gevormd. Wat zeegeulen zijn, hoe diep en groot ze waren en hoe ze hier gestroomd hebben. En wat het verschil is tussen een geul en een kreek? Uitgebreid wordt ingegaan op de voormalige krekenstelsels.

Wat is reliëfinversie? In fasen wordt uitgelegd hoe dit typische geomorfologische verschijnsel zich in Westfriesland kan hebben voorgedaan. Heeft dat te maken met het ‘Omgekeerde landschap’? Het enige Aardkundige Monument over een voormalig krekenlandschap blijkt in Westfriesland te liggen.

Nadat de invloed van de zee op het Westfriese landschap voorbij was, is er een tweedeling te maken in het landschap in Westfriesland. Hoe zag dat er in de Bronstijd uit?

Op de grens van Late Steentijd en Vroege Bronstijd zijn er geraamten gevonden. Deze personen leefden in het midden van Westfriesland dicht tegen de grote (rest) geulen aan. Het aangetroffen geraamte van het ‘Woifie van Sijbekarspel’ bevat mogelijk sporen van een misdrijf.

In deze afleveringen staat de omgeving centraal waar de Bronstijdbewoners van leefden. Hoe zagen hun boerderijen eruit en waar maakten ze die van? Woonden ze alleen op de geul- of kreekruggen of ook in de lagere delen? Nieuwe inzichten geven mogelijk daar antwoord op.

Wat verbouwden de Bronstijdbewoners zelf? Had men ook een veestapel? Ooit van een eergetouw gehoord? Of van kringgreppels? Het blijkt dat er in de bodem tienduizenden ploegkrassen zijn te vinden, evenals afdrukken van koeienpoten.

Het begraven van overleden bewoners gebeurde voornamelijk in grafheuvels. Soms werden meer personen in een graf begraven. Rond de Tweede Wereldoorlog werden de eerste vondsten gedaan van grafheuvels. De Eendenkooi is ook het eerste Archeologisch Rijksmonument in Westfriesland waarin grafheuvels te vinden zijn. Er is zelfs een grafheuvel als Rijksmonument in een woonwijk bewaard gebleven. Waar dat is kan je in deze aflevering te weten komen.

Uit deze aflevering blijkt dat Westfriesland-oost enorm dichtbevolkt was. Hoe hoog dat was blijkt uit de berekeningen die zijn gemaakt. Bij opgravingen is Drechtje gevonden. Een vrouw die op jonge leeftijd is overleden. De reconstructie van hoe ze er toen uitzag is hier te zien. Rond 800 v Chr. kwam er een einde aan de Bronstijdbewoning in Westfriesland-oost. Waardoor dat kwam en ook met klimaat te maken had, is in deze laatste aflevering te zien.

Word lid van het Westfries Genootschap
Veel moois dreigt geleidelijk en bijna ongemerkt te verdwijnen. Het Westfries Genootschap is dé pleitbezorger om het karakteristieke van Westfriesland te bewaren en hoe meer leden het heeft hoe beter dat lukt. U kunt lid worden van het Westfries Genootschap voor € 32,50 per jaar en u helpt daarbij het eigene en bijzondere van Westfriesland te bewaken.
Veel moois dreigt geleidelijk en bijna ongemerkt te verdwijnen. Het Westfries Genootschap is dé pleitbezorger om het karakteristieke van Westfriesland te bewaren en hoe meer leden het heeft hoe beter dat lukt. U kunt lid worden van het Westfries Genootschap voor € 32,50 per jaar en u helpt daarbij het eigene en bijzondere van Westfriesland te bewaken.