West-Friese Jeruzalemvaarder

Op 6 januari 1614, Driekoningendag, ontmoette een aantal inwoners van Harenkarspel elkaar in de plaatselijke herberg. Simon Pietersz. ging een weddenschap aan. Hij zou al zijn koeien verkopen en op reis gaan. Als hij binnen een jaar terug zou keren, zou hij de opbrengst van de verkoop verdubbeld zien; mocht de onderneming mislukken, dan kregen de anderen de opbrengst van de koeienverkoop. Simon Pietersz. liet zich naar den Helder brengen en ging daar scheep. Negen maanden later keerde hij in Harenkarspel terug. Als bewijs dat hij in Jeruzalem was geweest, kon Simon Pietersz. een brief overleggen van een kloosterabt uit Jeruzalem. Daarin stond te lezen: "dat in deez Heilige Stad van Jeruzalem is gekomen, den eerzamen deugdelijken vromen Poorter ende Inwoonder tot Heerenkarspel, die aandagtig, ootmoedig en devoteljjk, Persoonlijk heeft bezogt en geëert, schier alle eerwaardige Plaatsen die in Jeruzalem van Pelgrims devotelik jaarlijks worden bezorgt."
In Harenkarspel werd Simon Pietersz. met eerbied behandeld, al moesten de mannen met wie hij de weddenschap had afgesloten nu flink in de buidel tasten.

Literatuur:
Jaap Raat, 'Westfriese Jeruzalemvaarder', in: ALT W-F 1. Twintig eeuwen Westfriezen en hun rijke verleden (1998).