Deze oeverwallen schermden het achterland af van de invloed van de zee. Hier kon plantengroei ontstaan en in de loop van de tijd een veenpakket.
In dit huis aan de Lagedijk (tegenwoordig Simon Koopmanstraat) in Wervershoof had de familie Van der Lee rond 1910 een kleermakerij en hoedenzaak.In dit huis aan de Lagedijk (tegenwoordig Simon Koopmanstraat) in Wervershoof had de familie Van der Lee rond 1910 een kleermakerij en hoedenzaak. Het pand werd in 1933 gesloopt, zodat de weg verbreed kon worden. (WOW)

Omstreeks 1300 v. Chr. raakte het Berger zeegat dicht. Het gebied aan het eind van de zeearm kwam buiten het bereik van de getijden te liggen. Daar begon het gebied te verzoeten. Door oxydatie van het omringende veenland, mede veroorzaakt door het zakkend grondwaterpeil, kwamen de oude kreekbeddingen uiteindelijk vrij hoog ten opzichte van de omgeving te liggen. Deze zandruggen boden de bronstijd-mens een veilige droge woonplaats. Opgravingen tijdens ruilverkavelingswerkzaamheden bij Andijk, Bovenkarspel en Hoogkarspel toonden aan dat oostelijk West-Friesland relatief dicht bewoond was van 1200 tot 800 v. Chr. De mensen woonden in ruime boerderijen en leefden vooral van landbouw en veeteelt.
Door de toenemende agressiviteit van de zee werd het gebied te nat. Lange tijd was bewoning alleen mogelijk in het westen van West-Friesland, achter de duinenrij en op strandwallen die later gedeeltelijk zijn verdwenen. Ook langs waterlopen op de oeverwallen van veenriviertjes, zoals de Gouwen de Kromme Leek bij Wognum en Zwaagdijk, en langs de oevers van het meer van Wervershoof was bewoning mogelijk. In de Karolingische periode (700-1000 na Chr.) begonnen de Westfriezen zich te verdedigen tegen het water. Vooral na 1100 ontstonden terpen: op een kunstmatige heuvel werden een of meer boerderijen gebouwd.
Vlakbij Medemblik, even ten noorden van Opperdoes, lag vroeger Almersdorp.Vlakbij Medemblik, even ten noorden van Opperdoes, lag vroeger Almersdorp. Het dorp lag tussen de toenmalige Omringdijk en de even ten zuiden daarvan aangelegde inlaagdijk. Na de verwoestende stormvloed van 1334 is het gebied ten noorden van de inlaagdijk aan de zee prijsgegeven en verdween Almersdorp in de golven. Op één van de eerste kaarten van de in 1930 ingepolderde Wieringermeer is een plaatsje aangegeven dat Nieuw-Almersdorp moest gaan heten, maar dat dorp is er nooit gekomen. (AWG)

Kolhorn als uitzondering

Door de toeneming van de bevolking in de periode van 1000-1300 ontstond de behoefte aan steeds meer akkerland.

Vóór 1916 liep er een smal pad langs de Westfriese Omringdijk bij Andijk.Vóór 1916 liep er een smal pad langs de Westfriese Omringdijk bij Andijk. Paard en wagen pasten er maar net op. Na de zware storm van januari 1916 werden de dijk verhoogd en het pad verbreed. De sloot tussen de huizen en de weg werd gedempt. (ZZM)