Toen de fotografie nog niet bestond lieten rijke families hun kinderen vaak schilderen.Toen de fotografie nog niet bestond lieten rijke families hun kinderen vaak schilderen. In 1609 maakte Jan Claesz uit Enkhuizen dit portret van een vijfjarige jongen met zijn speelgoed – een dwergpaardje. (SSVD)

Voor de voorbijgangers was het geboortelint een waarschuwing de nodige stilte in acht te nemen. In de negentiende eeuw werd in West-Friesland het geboortelint of de geboortekrans het symbool van een voorspoedige bevalling. Aan een rood of een wit lint wist men of er respectievelijk een jongen of een meisje was geboren. In Wijdenes omwikkelde men omstreeks 1850 een deurring. Een geheel omwikkelde ring betekende de geboorte van een jongen, een halfomwikkelde ring van een meisje. Op het platteland werd een jongen of ‘knechie’ traditioneel meer gewaardeerd.
Antje Haringhuizen (in 1899 geboren te Wijdenes) poseert rond 1905.Antje Haringhuizen (in 1899 geboren te Wijdenes) poseert rond 1905 trots met haar tweelingbroertjes Cornelis Maarten en Jan Cornelis. (AWG)

In geld uitgedrukt zei men dat men bij de geboorte van een zoon duizend gulden ‘overwinst’ had gemaakt, bij een ‘moidje’ maar vijfhonderd. Een zoon kon immers in het boerenbedrijf meewerken. Hij zou, in tegenstelling tot een meisje, veelal aan het bedrijf verbonden blijven en later voor zijn ouders gaan zorgen.

Kraamheer met slaapmuts

In verschillende Westfriese dorpen vond in de negentiende eeuw het ‘poppies-kijken’ op de negende dag na de bevalling plaats. Kinderen uit de buurt mochten dan op bezoek komen. Ze brachten kleine geschenken mee voor de pasgeborene en werden getracteerd op besuikerde ‘poppieskoeken’ of andere zoete lekkernijen. De moeder verliet dan het kraambed.
Portretfoto's van Aafje Koeman (1887-1967) uit Venhuizen (links) en Ariën Berkhout.Portretfoto's van Aafje Koeman (1887-1967) uit Venhuizen (links) en Ariën Berkhout, die in 1901 in Sijbekarspel werd geboren. (AWG)

De broertjes en zusjes en de buurtkinderen had men wijsgemaakt dat de kraamvrouw door ‘een spoiker in d'r bien’ het bed had moeten houden. Na negen dagen werd deze weer losgetrokken. Aan het touwtje waarmee de spijker werd losgemaakt werden allerlei lekkernijen gehangen. Ook werd wel verteld dat de moeder het bed moest houden omdat zij een prik van de ooievaar had gehad die het kindje had gebracht. Voor de volwassen kraamvisite werd een koffietafel of 's avonds een feestmaaltijd voorgezet met veel drank en kandeel, een warme wijn met eierdooiers en kaneel.