Een historische gebeurtenis
Een van de zwaarste Zuiderzeestormen woedde er in januari 1916. De stormvloed, waarbij West-Friesland de dans op het nippertje ontsprong, is van verstrekkende betekenis geweest voor het dijkbeheer. Dat de Noorderdijk van Drechterland tussen Medemblik en Enkhuizen behouden bleef, was net als in 1774 te danken geweest aan de vastberadenheid van het dijkleger van Andijk, dat met behulp van zeilen en ‘vijftigponders’ de dijk redde, met gevaar voor eigen leven.
Toen de Westfriese Omringdijk tussen Aartswoud en Medemblik binnendijk was geworden, werd de dijk deels afgegraven en van zijn steenglooiing ontdaan. (AWG)
Het technische inzicht bij veel waterschappen en hun functioneren bleken ver beneden peil. Om herhaling te voorkomen, ontnam de provincie alle Noordhollandse waterschappen ten noorden van het Noordzeekanaal – zelfs goed functionerende – hun zeewerende taak. Het hoogheemraadschap van de Hondsbossche en Duinen tot Petten werd opgeheven. Een nieuw hoogheemraadschap met als vestigingsplaats Alkmaar zag in 1921 het levenslicht. Onder de naam Noordhollands Noorderkwartier kreeg het de zorg voor praktisch alle zeewerende dijken plus een groot aantal wegen en later ook nog de duinenkust.
Een karakteristiek stukje dijk van De Vier Naarder Koggen. (WWF)
In 1993 werd in Edam het Hoogheemraadschap van Uitwaterende Sluizen in Hollands Noorderkwartier opgericht, dat alle taken van de twee hoogheemraadschappen in Alkmaar en Edam overnam. De vele waterschappen die West-Friesland ooit kende zijn eveneens gefuseerd. Zo ontstond in 1973 het Waterschap West-Friesland in Hoorn en in 1980 het Waterschap Groot Geestmerambacht in Warmenhuizen.
In 1918 nam het parlement de wet-Lely aan, waarmee het sein voor de afsluiting en de gedeeltelijke inpoldering van de Zuiderzee gegeven werd. De Amsteldiepdijk werd gebouwd, beter bekend als de ‘Korte Afsluitdijk’. In 1927 werd gestart met de bedijking van de Wieringermeer. Toen op 28 mei 1932 met donderend geweld de laatste happen keileem in het stroomgat van de Vlieter gestort werden, was de algehele afsluiting van de Zuiderzee een feit.
Strijkmolen van de polder ‘De Lage Hoek’ onder Hoogwoud. Als de poldermolens vanwege de hoge waterstand niet langer meer op de boezem mochten lozen, werd de seinvlag gehesen. (AWG)
De Afsluitdijk heeft sindsdien de zwaarste stormen tegengehouden. Zelfs in 1953, toen er tijdens de stormvloed van 1 februari aan de Friese kant behoorlijk wat schade werd aangericht.
West-Friesland was verlost van een oude vijand. Talloze generaties hadden eeuwenlang gestreden tegen de zee. De zee, vriend en vijand tegelijk. Zij hadden gevochten voor het behoud van hun dijk. Nu ligt de Westfriese Omringdijk grotendeels midden in het land. En tussen Medemblik, Enkhuizen en Hoorn grenst de dijk voortaan aan het IJsselmeer, een zoetwaterplas zonder eb en vloed.
Gebruikte afkortingen:
AWG : Archiefdienst Westfriese Gemeenten, Hoorn
HKU : Historische Kring Ursem
RANH : Rijksarchief in Noord-Holland, Haarlem
RPK : Rijksprentenkabinet, Amsterdam
SLV : Stichting Langedijker Verleden, Zuid-Scharwoude
SOH : Stichting Oud Obdam-Hensbroek, Obdam
USHN: Hoogheemraadschap van Uitwaterende Sluizen in Hollands Noorderkwartier, Edam
WWF : Waterschap West-Friesland, Hoorn
WFM : Westfries Museum, Hoorn
ZZM : Zuiderzeemuseum, Enkhuizen
Druk: Waanders Drukkers, Zwolle
ISBN 90 400 1091 9
Deze aflevering is mede tot stand gekomen dankzij de financiële ondersteuning van het Hoogheemraadschap van Uitwaterende Sluizen in Hollands Noorderkwartier te Edam.