Eerste steen station Schagen
Het kind droeg alle voornamen van koning Willem III. De koning vond dat erg leuk en besliste dat Willem(pje) Alexander Paul Frederik Lodewijk Boogh de eerste steen van het station mocht leggen toen vader Boogh daarom had gevraagd. Burgemeester De Meêr kon dat niet erg waarderen, maar moest zich neerleggen bij een toeziende rol.
De komst van de spoorlijn Den Helder-Schagen-Alkmaar in 1865 betekende een enorme verbetering voor de bereikbaarheid van Noord-Holland. (RAA)
Met de komst van de tram en trein verdween de trekschuit helemaal. Dat lot trof ook de diligence. De eerste treinen gingen met hun dertig à veertig kilometer per uur meteen al acht keer sneller dan de trekschuit, maar ook sneller dan de diligences die veel oponthoud ondervonden op de slecht onderhouden wegen.
Ruim twintig jaar na de eerste Nederlandse spoorlijn van Amsterdam naar Haarlem nam de staat bij wet van 18 augustus 1860 de verplichting op zich een spoorlijn aan te leggen tussen Amsterdam en Den Helder via Zaandam en Alkmaar. Vooral de vooruitstrevende burgerij was erg enthousiast. Zij richtte onder leiding van actieve burgemeesters comités op om spoor- of trambanen langs of door eigen stad of dorp te krijgen.
Burgemeester Henry Robert de Meêr van Schagen organiseerde op eigen kosten in 1861 een demonstratieve tocht met veertig koetsjes naar Den Haag om Kamer en regering onder druk te zetten. Het gevaar bestond namelijk dat de Helderse spoorlijn ten westen van het Noordhollands Kanaal langs de binnenduinrand zou komen, een goedkope oplossing waar Alkmaar voorstander van was, maar die om begrijpelijke redenen voor West-Friesland slecht zou uitpakken. De Westfriezen kregen hun zin en de spoorlijn kwam langs Heerhugowaard, Schagen en Anna Paulowna.
Feest dus op 9 oktober 1861 toen de beslissing in Den Haag viel. De eerste feesttrein bereed op 18 december 1865 het traject Den Helder-Alkmaar: een locomotief met vijftien zandwagens van de aannemer. Eerst na het gereedkomen van het traject Alkmaar-Zaandam-Amsterdam in 1878 kreeg westelijk West-Friesland zijn verbinding met de hoofdstad.