In Hoorn kwamen namen als Brinkmann, Bruning, Oostermeijer en Bruggeman voor.
In Spierdijk maakten de gebroeders Groot lakense pakken voor de boeren van stand. Kleinzoon Evert Groot vestigde zich in 1936 in Grootebroek en maakte priesterkleding voor de bisschoppen van het bisdom Haarlem.

De werkplaats van de gebroeders Roozendaal in Hoorn waar zilver en diamant werd bewerkt.De werkplaats van de gebroeders Roozendaal in Hoorn waar zilver en diamant werd bewerkt. (AWG)

Stijve olie verlamt kerkklokken

Zilver werd aanvankelijk vooral gekocht door stedelingen, maar in de achttiende eeuw werden de rijke boeren de belangrijkste afnemers. Omstreeks 1780 telde Hoorn ongeveer negentig goud- en zilversmeden. Ze woonden in de buurt van de veemarkt. De boerinnen droegen niet meer eenvoudige kapspelden en oorijzers, maar zware gouden sieraden, overdadig bezet met diamanten en uitgevoerd in het fijnste filigrein. Daarbij hoorden kettingen van bloedkoraal of granaten met gouden sluitingen. De mannen droegen zware gouden horlogekettingen en tabaksdozen van zilver of goud. Na 1850 kregen de goud-en zilverateliers van Hoorn een landelijke vermaardheid. Bekende namen waren Rozendaal, de firma Kriebel, Jb. van Straten, Van Dijk, Posthumus en S. Engel. De befaamste was Jan Rozendaal die in 1840 met een fabriek begon. In 1919 had Rozendaal 120 mensen op de loonlijst. Artisticiteit en vakmanschap kenmerkten het bedrijf; aan serieproductie werd niet gedaan. In 1971 sloot het bedrijf zijn poorten.

Foto van de wagenmakerij van Voorthuijzen aan het Poolland, een gehucht ten noordoosten van Schagen.Foto van de wagenmakerij van Voorthuijzen aan het Poolland, een gehucht ten noordoosten van Schagen. Oorspronkelijk was de zaak van de familie Voorthuijzen gevestigd in Schagen aan de Laan. Na onenigheid met zijn buurman Blaauwboer en andere wagenmakers kreeg Voorthuijzen een bedrag om zich elders te vestigen. Wel werd bepaald dat het bedrijf op minimaal vier kilometer verwijderd van het centrum van Schagen diende te zijn. (N. Dekker-Loer, Schagen)

In Hoogwoud verkocht klokkenmaker Jaap Hinke zijn horloges aan de steenrijke boerenfamilie Groot, die zeven boerderijen in bezit had. Broer Nico Hinke vestigde zich in 1898 als horloger in Grootebroek. Hij verkocht gouden vestzakhorloges en na 1920 polshorloges. Verloofden kochten bij hem trouwringen, waarna Hinke een citroenbrandewijn schonk op de goede afloop. Zoon Jac onderhield kerkklokken, zoals die in Grootebroek, Hoogwoud en Berkhout.

Aquarel van Cornelis Bok van een smederij in Haringhuizen.Aquarel van Cornelis Bok van een smederij in Haringhuizen. (HVS)