Redactie en samenstelling: Ed Dekker, Herman Lambooij, Herman Lansdaal, Jaap Raat, Peter Sasburg en Mieke Scharloo.
Bijschriften: Daan Meijer.
Tekst: Piet Boon.
Met dank aan NacoFerries BV.

Er wordt wel eens gezegd dat het Journaal van Bontekoe na de Bijbel het meest gelezen boek is in Nederland. De belevenissen van de Hoornse schipper die eind 1619 met zijn schip de lucht invloog en dat op wonderbaarlijke wijze overleefde, hebben eeuwenlang tot de verbeelding gesproken. Toen Bontekoes populariteit in deze eeuw taande, blies Johan Fabricius (Bandung 1899 – Glimmen 1981) het verhaal met stormkracht nieuw leven in. Zijn jongensboek ‘De Scheepsjongens van Bontekoe’ beleefde na de eerste uitgave in 1924 wel twintig herdrukken. De scheepsjongens Hajo, Rolf en Padde werden zelfs zo populair dat zij in Hoorn een standbeeld kregen. Bontekoe leefde in een periode dat de zeevaart in Nederland in vele opzichten bloeide. Aan die bloei droeg West-Friesland veel bij, in de eerste plaats de steden, maar de steden deden dat niet alleen. Ook de bevolking op het Westfriese platteland nam massaal deel aan de scheepvaart.
Voor West-Friesland, aan drie kanten omgeven door de zee en dus een schiereiland, speelde vervoer over water altijd een grote rol. Daarbij kwam nog dat de Zuiderzeesteden Hoorn, Enkhuizen en Medemblik eeuwenlang aan belangrijke handelsroutes hebben gelegen. In de veertiende en vijftiende eeuw ontwikkelden de drie Westfriese havensteden zich snel. In 1310 signaleerde men al een Medemblikker schipper in het in Norfolk gelegen Great Yarmouth; veertig jaar later waren twintig schippers uit Enkhuizen en Medemblik betrokken bij de vaart van Amsterdam op Hamburg.

Tot 1930 visten Kolhorners op ansjovis, die zich in de toenmalige Zuiderzee prima thuisvoelde.Tot 1930 visten Kolhorners op ansjovis, die zich in de toenmalige Zuiderzee prima thuisvoelde. Met het droogleggen van de Wieringermeer was de ansjovisvangst voor de vissers uit Kolhorn voorbij. (P. de Groote, Winkel)

Zout uit de Baai van Bourgneuf

Westfriese schippers zeilden naar steeds meer en steeds verder gelegen gebieden. In 1427 haalden vier Hoornse schepen zout uit de Baai van Bourgneuf in Frankrijk. Ruim vijftien jaar later kregen inwoners van Hoorn en Enkhuizen permissie naar Noorse havens te zeilen.

De bekendste inwoners van Hoorn zijn Hajo, Padde en Rolf, de drie helden uit het boek van Johan Fabricius &lasquo;De scheepsjongens van Bontekoe’ dat in 1924 verscheen. Het waar gebeurde verhaal, dat Bontekoe in 1646 liet uitgeven, diende als basis voor het boek. Hajo, Padde en Rolf waren door hem bedacht: de avonturen waren echt. Op de Veermanskade, naast de Hoofdtoren, hebben de drie een eigen beeld gekregen; een schepping van Jan van Druten. (AWG)