In 1912 ging mondharmonicavereniging ‘Kunst door Oefening’ op de foto. De muzikale leiding was in handen van de heer Kolster, op de voorste rij achter het bord. De repetities vonden plaats boven op een zolder, waar ook wasgoed werd gedroogd. Bij mooi weer gaf de vereniging een varend concert in de Langedijk. (SLV)
Chef paardentram
Pieter Hagoort was 73 jaar toen hij met schilderen begon. Tien jaar later, in 1970, kreeg hij de Henri Rousseau-prijs op de internationale Naïevententoonstelling te Zagreb.
Zijn schilderijtjes – ze zijn gemiddeld zo'n 30 bij 40 cm – vervaardigde hij met gebruikmaking van water- of plakkaatverf, ballpoint op papier of karton. Ze herinneren vaak aan de periode dat hij chef was van de paardentram Hoorn – Enkhuizen (1909-1918). Later was hij postbode in Bovenkarspel en Grootebroek. Naïeve schilders als Hagoort worden ook wel zondagsschilders genoemd, hun schilderijen voortgezette kinderkunst of prentenboeken voor grote mensen. De meesten hebben geen teken- of kunstopleiding gehad, beginnen op latere leeftijd met schilderen en hebben een voorkeur voor heldere kleuren, duidelijk herkenbare landschappen met boerderijen, stadsgezichten, wintertaferelen, ijspret en kermis. Een aantal Westfriese naïeven heeft zeer aansprekend werk gemaakt zoals Willem van Dok (1892-1977) uit Enkhuizen, Willem Bakkum (1919-1979) uit Dirkshorn, Bouke Hoekstra (1890-1975) uit Hoorn en Cornelis Kaay (1905-1979) uit Twisk.
Dansen deed men in Sint Maarten op muziek van de ‘The Sint Boys’. Op de foto van rond 1955 staan van links naar rechts Jan Spaansen, Cor Boontjes, Bartel Schut en Jaap Manneveld. Later traden de heren op onder de naam ‘De Caballeros’. (N. Dekker-Loer, Schagen)
Modernist op leeftijd
Voor de beroepsmuzikant en muziekleraar Gerard Boedijn (1893-1972) was West-Friesland, rijk aan zang- en muziekverenigingen, een ideaal werkterrein. Als 22-jarige leerde hij de Luikse musicus Carl Smulders kennen, die hem lesgaf in contrapunt, instrumentatieleer en compositie. Over Smulders zei Boedijn: “Door hem ben ik van stijl veranderd..., ik ben modernist en ik blijf het, al word ik tachtig”. Boedijn woonde enige tijd in Veendam waar hij onder andere het Veenkoloniaal Mannenkoor en de Groningse Orkestvereniging dirigeerde. Maar hij was liever in zijn geboorteplaats Hoorn, keerde er in 1932 terug en hervatte het dirigentschap van onder andere de Koninklijke zangvereniging Sappho en het harmonieorkest Kunst na Arbeid.
In Hoorn bestond een mandolinevereniging onder leiding van Roelof Wassenaar. Entre Nous werd opgericht in 1922. De vereniging trok in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog volle zalen. Wassenaar was zeer actief in het Hoornse muziekleven. Zo richtte hij in 1933 nog een muziekvereniging op: de EHAV, Eerste Hoornse Accordeon Vereniging. (VOH)