In het gemeentehuis van Hoogkarspel werkte in het begin van deze eeuw Jacob de Jong als gemeentesecretaris.In het gemeentehuis van Hoogkarspel werkte in het begin van deze eeuw Jacob de Jong als gemeentesecretaris, één van de mannen die in 1924 de aanzet gaf tot de oprichting van het Historisch Genootschap Oud West-Friesland. In 1959 werd het pand door brand verwoest. (AWG)

Het werd bovendien gezien als een mooie vingeroefening voor jonge regentenzonen. Het was een opstap naar het grote werk, zoals het lidmaatschap van de vroedschap. Wie eenmaal tot dit bestuurscollege was toegelaten, had toegang tot allerlei lucratieve ‘bijbaantjes’. Vooral het bewindhebberschap van de Verenigde Oostindische Compagnie was zeer gewild. Deze functie bracht al gauw 2.000 gulden per jaar op, tien keer het jaarsalaris van een gewone werkman.Het toppunt van een bestuurlijke loopbaan was echter wel een verkiezing tot burgemeester. Ook een burgemeester werd voor slechts een jaar gekozen. Na afloop van de ambtstermijn moest de oudburgemeester minstens een jaar wachten op een nieuwe regeerperiode. Wie eenmaal burgemeester was geweest, behoorde voorgoed tot de meest aanzienlijke ingezetenen. Zo iemand had niet alleen zijn stad bestuurd, maar zelfs deelgenomen aan het landsbestuur in Den Haag. Hoorn, Enkhuizen en Medemblik hadden namelijk zitting in de Staten van Holland en West-Friesland.
Bij de opening van het raadhuis van Zuid-Scharwoude in 1908 bood de plaatselijke notaris Duker het gemeentebestuur een sierbord aan.Bij de opening van het raadhuis van Zuid-Scharwoude in 1908 bood de plaatselijke notaris Duker het gemeentebestuur een sierbord aan, met de tekst Voor Mensch en Dorp is ten allen Tijd, een goede Raad van veel Profijt. (SLV)

Dappere Opmeerse vrouwen

Ten tijde van Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden waren Hoorn en Enkhuizen veruit de belangrijkste Westfriese steden. Handel en nijverheid waren er veel gevarieerder dan in de dorpen. Voor de aankoop van veel artikelen waren de plattelanders dan ook van de grote steden afhankelijk. Ook vonden veel dorpelingen er werk op koopvaardijschepen en haringbuizen. De regenten van de grote steden probeerden hun economische positie te bevorderen en zonodig met harde hand te beschermen.

In 1590 vreesde Hoorn dat de aanleg van een sluis in de Wijzend.In 1590 vreesde Hoorn dat de aanleg van een sluis in de Wijzend vlak bij de nog niet ingepolderde Berkmeer alleen voor Alkmaar economisch profijt zou betekenen. Tijdens een proces voor het Hof van Holland over de sluis werd deze kaart gebruikt als processtuk. De sluis zien we rechts van de molen van de Spanbroekerkaag. Aan de noordkant van de Wijzend is Opmeer getekend, aan de zuidkant Spanbroek. Hoorn verloor het proces, waarna de sluis werd afgebouwd. (AWG)