De veranderingen brachten veel meer administratief werk dan de Westfriese bestuurders gewend waren. Vragenlijsten van de Franse overheid over de dienstplicht, de oogst, de veestapel of kindervaccinaties werden vaak onnauwkeurig of helemaal niet ingevuld. Toen maire Jacob Pietersz Smit van Schellinkhout in juli 1812 een brief van hogerhand ontving over dit soort slordigheden, schreef hij er kortweg ‘knorpot en kulkoek’ op. Kennelijk voelde hij zich beledigd, omdat hij zijn correspondentie zelf altijd keurig en op tijd afwerkte.
In 1926 werd A.J. Wijnveldt geïnstalleerd als burgemeester van Oudkarspel. Voor hem en zijn echtgenote was een grootse ontvangst voorbereid. Bij het bordes van het raadhuis werd geposeerd. (A.A.G. Smit, Wognum)
Belangrijk was de invoering van de Burgerlijke Stand in maart 1811. Alle geboorten, huwelijken en overlijdens worden sindsdien bij de overheid aangemeld. Op tijdgenoten maakte een andere maatregel echter meer indruk. Alle baljuwschappen en colleges van schout en schepenen werden in een klap de laan uitgestuurd. Er kwamen kantongerechten en arrondissementsrechtbanken voor in de plaats, bemand door professionele, onafhankelijke rechters.
In 1934 trok burgemeester F. Sutman Meyer (staand naast de auto) samen met zijn vrouw en voorganger Van Slooten (met de handen op de rug) door zijn nieuwe gemeente Heerhugowaard. Zo kon hij kennis maken met de bevolking: de pastoor schonk gelijk maar een drankje in. De nieuwbakken burgervader liet zich rijden, en wel door Arie de Groot. (C. Modder, Aartswoud)
In Hoorn werden bekende regenten als Hendrik Carbasius en François de Vicq tot rechter benoemd. De eerste rechtbank-president in Alkmaar was mr. Cornelis van Foreest. Met de afschaffing van de plaatselijke rechtbanken werden de oude Westfriese stadsrechten tot een dode letter.
Laatste doodvonnis
Op dinsdag 7 maart 1843 werd op de Rode Steen te Hoorn het laatste doodvonnis in West-Friesland uitgevoerd. De 27-jarige Pieter Boots uit Avenhorn, die een dienstbode in de Beemster had vermoord, werd die dag door ophanging om het leven gebracht.
Begin deze eeuw streden vrouwen in heel Europa voor kiesrecht. In Amsterdam kwamen rond 1916 vele afdelingen van de Vereniging voor Vrouwenkiesrecht bijeen voor een demonstratieve optocht. Op de foto de afdelingen Venhuizen en Wijdenes. Het protest had uiteindelijk resultaat: in 1917 kregen de vrouwen het passief kiesrecht; in 1919 ook het actief kiesrecht. (AWG)