Jannetje Visser-Roosendaal (1899-1990) Koningin van de Westfriese streekroman

Raak, herkenbaar en doorleefd zijn de passages in haar romans. Het zijn onmiskenbaar streekromans en onmiskenbaar spelen de gebeurtenissen zich af in het Westfriese landschap met zijn polders en boerderijen. Met stugge en koppige hoofdpersonen die soms maar moeilijk met de nieuwe tijd kunnen meegaan. Vader hoeft niets te zeggen. Als zijn verweerd gezicht verstrakt weten de huisgenoten genoeg, vader is ‘teugen’. Geen geld uitgeven aan ‘nieuwerwissigheden’ en overbodige spullen. Lief en leed en menselijkheid. En op het eind de verzoening maar soms ook barre halsstarrigheid.
Jannetje Visser-Roosendaal heeft met haar streekromans vele tienduizenden lezers meegenomen naar het leven op het Westfriese platteland in de eerste helft van de twintigste eeuw. Haar oeuvre is in het Nederlands geschreven maar wanneer gesprekken worden aangehaald, komt het Westfries te voorschijn. “Kon jij hem?”, vroeg hij. “Ik heb vaak over 'm 'hoord, maar ik heb hem nooit zien,“ was het antwoord.

Jannetje Visser-Roosendaal werd geboren in Binnenwijzend.Jannetje Visser-Roosendaal werd geboren in Binnenwijzend. Na de lagere school had zij allerlei baantjes: als loopmeisje bij de Enkhuizer apotheker Quanjer en als dienstbode bij diverse families. Ook stond zij enige tijd achter de toog van café De Vergulde Baars in Venhuizen. Haar eerste roman ‘De mens wikt’ verscheen in 1935. Het voorwoord in de eerste druk was geschreven, door G.C. van Balen Blanken. Op de foto uit 1989 zit Jannetje Visser-Roosendaal tussen haar gehele oeuvre van 29 boeken. (AWG)

De verhalen over de koppigheid en woedeuitbarstingen, wanneer de rijke boerenzoon toch met de eenvoudige tuindersdochter wil trouwen, maar ook die over de ongewenste zwangerschap van de dochter des huizes zijn uit het leven gegrepen. Menigeen zal hebben meegeleefd en wellicht een traantje hebben weggepinkt. De boeken zijn waardevol omdat ze een tijdsbeeld schetsen. Dan blijkt hoeveel gebruiken, woorden en toestanden, zo'n zestig jaar geleden nog heel gewoon, bij de hedendaagse jeugd uit een onwezenlijk ver verleden lijken te komen.

‘Tot in den dood’
Jannetje Visser-Roosendaal werd geboren te Binnenwijzend op 30 april 1899. Daar ook bracht ze haar schooltijd door. Op 20-jarige leeftijd trouwde ze Piet Visser, die toen in dienst was bij zijn vader die een transportbedrijf had.

Alle leden van verdienste van het Westfries Genootschap krijgen een eigen pagina in de zogenaamde Gulden Boeken.Alle leden van verdienste van het Westfries Genootschap krijgen een eigen pagina in de zogenaamde Gulden Boeken. In 1973 viel de eer te beurt aan Jannetje Visser-Roosendaal. (WFG)